Wat zeg jij tegen jezelf?

“Oeh, dit is eng. Oeh, dit is eng. Dit is echt eng.” Hoor ik mijn zoontje zeggen op een paar meter hoogte. We zijn op kampeervakantie in de Achterhoek en bezoeken het klimbos, waar manlief en mijn twee zoontjes allerlei routes willen klimmen. Het is er goed georganiseerd en het voelt veilig voor mij als moeder om mijn zoontje daar op toch aanzienlijke hoogte te laten klimmen, terwijl ik zelf op de grond sta.

Ik stimuleer hem: jij kunt dit!

Ik roep hem en zeg: “jij kunt dit. Zeg maar tegen jezelf: ik kan dit, ik kan dit. Ik snap dat je dit spannend vindt en dat is helemaal prima en toch kun jij dit.” Ik herhaal voor hem: “Ik kan dit, ik kan dit.” Ik hoor hem zeggen: “Ik kan dit, ik kan dit.” En even “whaaaa”, als hij zijn evenwicht dreigt te verliezen en dan weer: “Ik kan dit.” Dan is het even stil en hoor ik weer: “Oeh, dit is eng.” Gevolgd door: “Oh, nee, ik kan dit!”

De kracht van woorden

Woorden zijn ontzettend krachtig. En dan doel ik niet zo zeer op wat een ander tegen je zegt, alhoewel dat natuurlijk ook van grote invloed kan zijn, maar ik doel hier op wat jij tegen jezelf zegt. Welke woorden gebruik jij in gedachten? Welke woorden hoor jij in je hoofd?

Wellicht ken je het voorbeeld: Denk niet aan een roze olifant. Grote kans dat in jouw gedachten nu het beeld van een olifant opkomt, mogelijk zelfs in de kleur roze. Ons brein kent het woordje ‘niet’ namelijk niet. Zeg dus vooral wat je wél wilt. Uiteraard tegen anderen, maar vooral tegen jezelf.

Ik vind het spannend en ik doe het

Belangrijk is wel dat als je er een naar gevoel over hebt, dat je dat gevoel voor jezelf erkent. Om jezelf vervolgens naar het positieve te stimuleren. Bijvoorbeeld: ik vind het spannend en ik doe het. Het is helemaal prima dat je iets spannend vindt. Dat gevoel hoeft je echter niet te weerhouden om het te doen. Dus lekker je eigen cheerleader zijn en jezelf supporten.

Mama, maak je een filmpje?

In het klimbos zijn de oranje routes de routes die passen bij de lengte van mijn zoontje. Het advies is om te beginnen bij route 1, dan route 2 en logischerwijze daarna pas route 3. Route 3 blijkt de route met de meeste tokkel-stukken, wat eigenlijk betekent: lekker hangen en op hoogte met een heerlijk vaartje tussen de bomen door zoeven. Mijn zoontje vindt het heerlijk. Ondanks dat hij het in het begin spannend vond, heeft hij route 3 uiteindelijk wel vijf keer gedaan, door zichzelf op een positieve manier te stimuleren. “Mama, maak je een filmpje?” vraagt hij mij. Zo trots was hij op zichzelf. En terecht.

Wat zeg jij tegen jezelf?

Welke woorden gebruik jij? Ben jij je eigen cheerleader en support jij jezelf? Of vind je dit moeilijk en wil je het graag leren? Heb je geen idee hoe je dat kunt doen? Mail me dan naar cindy[a]cindyevers.nl en we kunnen hier samen vrijblijvend over sparren. Je bent het waard.